De periode tussen het afgelopen schooljaar en de start van een nieuw schooljaar is altijd een drukke periode voor zowel leerlingen als leerkrachten. Het nieuwe schooljaar moet immers voor de zomervakantie worden ingeregeld. Daarover handelt de uitspraak die ik vandaag met jullie wil delen. Deze blog is het eerste deel van twee delen die betrekking hebben op deze situatie. Het vervolg zal in de komende weken online komen te staan.
Deel 1: Plotselinge overplaatsing andere school
Begin dit jaar kwam het schoolteam van een basisschool bijeen en werd door het schoolbestuur geïnformeerd over hoe het eraan toe gaat op de school. Dit was volgens het bestuur onder de maat. Er moesten daarom maatregelen worden genomen.
Uitgenodigd voor een gesprek
De volgende dag wordt Loes, een cliënte van mij, uitgenodigd voor een gesprek met haar directeur, een man waar zij een goede werkrelatie mee had. Bij het gesprek was ook een HR-medewerker aanwezig. De directeur vertelt haar dat zij een negatieve stempel op de teamontwikkeling drukt. Hierdoor vindt niet de gewenste teamontwikkeling plaats aldus het bestuur. Haar functioneren als docente was verder prima, maar dit schortte er toch echt aan.
Overplaatsing naar een andere school
Het is voor het bestuur reden om Loes wegens zwaarwegende omstandigheden over te plaatsen naar een andere school onder hetzelfde bestuur. Loes was totaal overdonderd door het besluit, dit had ze niet zien aankomen. Voor advies neemt ze contact op met mij.
Het besluit wordt geschorst
Om er zeker van te zijn dat Loes ook na de zomervakantie op haar favoriete school kan blijven werken, vraag ik de Voorzitter van de Commissie van Beroep in een voorlopige voorziening (wat bekend staat als in kort geding) het besluit van het bestuur te schorsen. Naar mijn idee kan het bestuur niet onderbouwen waarom Loes wegens zwaarwegende omstandigheden moet worden overgeplaatst. De Commissie van Beroep onderschrijft mijn visie. Als het schoolbestuur stelt dat er sprake is van zwaarwegende omstandigheden, bestaande uit remmend en belemmerend gedrag van Loes, dan dient dat aangetoond te worden.
Dit is niet het geval. Ook blijkt uit schermafdrukken van het WhatsApp-contact tussen de directeur en Loes, dat zij juist erg gewaardeerd werd om de manier waarop zij zich inzet voor de school. De Voorzitter van de Commissie van Beroep schorst het besluit van het schoolbestuur in afwachting van de uitspraak in de bodemprocedure.
Het is afwachten of de uitspraak van Voorzitter in de bodemprocedure in stand blijft. Daarvoor heb ik tegen overplaatsingsbesluit beroep aangetekend bij de Commissie van Beroep. In de bodemprocedure oordelen de leden van de Commissie van Beroep over de zaak, niet de Voorzitter. Over de uitspraak in de bodemprocedure vertel ik u in mijn volgende blog.
Tips:
– Let op, de termijn voor het aantekenen van beroep bij een Commissie van Beroep is zes weken, dus je moet er snel bij zijn;
– Neem bij een ongewenst overplaatsingsbesluit contact op met een jurist om je over de mogelijkheid van beroep te laten adviseren;
– Schermafdrukken van WhatsApp-gesprekken met betrokkenen kunnen als ondersteuning van je visie op de zaak worden ingebracht in de procedure, bewaar deze dus.
Inhoud
Terugbelverzoek
Links